The Geld.

Neef Henk

Cover Image for Neef Henk
K.P.
K.P.

Mijn achterneef Henk is een man om van te houden, en dat deed ik dan ook met volle teugen. Hij is de broer van een aangetrouwde oom van mijn vader. Ik vond het vroeger altijd jammer dat we geen bloedverwanten zijn, maar inmiddels ben ik allang blij dat ik hem überhaupt ken. De familie van mijn vaderskant komt uit Yrseke, Zeeland, beroemd om zijn mosselen en om neef Henk natuurlijk.

Hij was vroeger voetballer, we hebben het hier over voor de oorlog, een bikkelharde verdediger, bekend om zijn nietsontziende tackles en zijn enorme lach. Wat er ook gebeurde in het veld, neef Henk voetbalde altijd met die enorme lach, die werd omringd door een prachtige volle zwarte baard. Zelfs de tegenstanders die hij het ziekenhuis in trapte konden niet echt lang boos op hem zijn. Hij bezocht ze ook altijd, en werd dan vaak vrienden met ze. Er werd wel eens gezegd dat er in die tijd aanvallers waren die hoopten dat neef Henk ze het ziekenhuis in trapte zodat ze bevriend met hem zouden raken. Neef Henk heeft dat nooit ontkend noch bevestigd. Veel heeft hij niet gewonnen, grote clubs interesseerde hem niet, hij wilde vooral lekker voetballen op goed gras met een gezellig team, waardoor zijn palmares beperkt is gebleven tot de Holdertbeker (voorloper van de KNVB-beker) met Top Oss in het seizoen 28/29.

Na zijn voetbalcarrière is hij gaan schrijven. Boeken, columns, poëzie, songteksten, een autobiografie (Winnen is voor losers), hij draaide nergens zijn hand voor om. Hij was en is een geweldig verteller. Ik zou een boek kunnen vullen met zijn verhalen, als hij dat niet zelf al had gedaan (Verhalen om langzaam te vergeten). Hij reisde de wereld over, heeft zes kinderen op drie continenten met vier vrouwen en onderhoudt nog steeds met iedereen uitstekend contact.

Nu woont neef Henk weer in Yrseke met zijn vijfde vrouw Hetty. Ik bezoek ze graag, ik heb altijd een speciale band met hem gehad (waarschijnlijk geeft hij iedereen dat gevoel, dat is ook zo mooi aan hem). Het was een koude zaterdag, ergens eind 1995, de zon scheen en de lucht was prachtig strakblauw. Neef Henk doet open, ik verbaas me telkens weer hoe fit en helder van geest hij nog is. Nergens een spoortje van verval of fysiek ongemak. Hij werd zelf nooit getackeld, had nooit blessures en miste nooit een minuut in zijn twintigjarige carrière. Sceptici wijden dat aan een gebrek aan intensiteit van het voetbal toentertijd, maar ik denk dat zijn tegenstanders hem niet wilden blesseren. Daar was hij simpelweg een te leuke man voor.

We drinken koffie, neef Henk vraagt hoe het gaat op mijn werk (ik zal jullie niet vervelen met het antwoord), Hetty speelt een stukje piano en neef Henk zingt de bijbehorende evergreen (had ik al verteld dat hij ook een niet onverdienstelijke zanger is?).

Hetty gaat een dutje doen, we zitten tegenover elkaar aan de keukentafel, als neef Henk opstaat. ‘Neef, kom, ik moet je wat laten zien.’

We lopen de trap op, en op de overloop trekt hij aan het touwtje om de trap naar de vliering uit het plafond te trekken. Ik volg hem naar boven. Ik heb geen idee wat me te wachten staat, ik verwacht in principe alles. Met neef Henk weet je het nooit.

Op de vliering is het donker, er valt alleen een dunne lichtstraal naar binnen waar stof in danst. Neef Henk schuifelt gebogen (hij is lang en het plafond is laag) naar achter en komt terug met een doos. Hij gaat zitten en gebaart dat ik zijn voorbeeld moet volgen. De lichtstraal valt precies over zijn linkeroog, je verzint het niet. Hij begint te vertellen:

‘Je weet toch van die benefietwedstrijd een paar jaar geleden, volgens mij was het 1993? (Ik knik.) Jij kon er toen niet bij zijn weet ik nog, maar goed, die wedstrijd dus.’ (Er was een benefietwedstrijd georganiseerd door een ondernemer met diepe zakken. Het idee was dat er tweeëntwintig voetballegendes twee elftallen zouden vormen en een wedstrijd zouden voetballen voor of tegen kanker. En het was hem nog gelukt ook om er flink wat op te trommelen, onder andere Cruijff, Beckenbauer, Moulijn, Socrates, Platini, en neef Henk dus, het was een waar sterrenensemble.) ‘Het was natuurlijk geen gezicht, al die bejaarden op dat veld, maar eerlijk is eerlijk, het ging me nog prima af. (Ik had het wedstrijdverslag gelezen, ondanks zijn hoge leeftijd was iedereen het er inderdaad over eens dat neef Henk een van de uitblinkers was.) ‘Nou goed, op een gegeven moment, begin van de tweede helft, begin ik aan een solo. Waarom niet, ik ben natuurlijk verdediger maar ik kon het niet laten, en alsof ze er niet stonden passeerde ik ze allemaal, ik speelde zelfs Socrates door de benen, hij heeft me later nog een brief gestuurd, nou ja, ik dwaal af, die solo dus. Ik ben er bijna doorheen, alleen Steve Hodge staat er nog. Ik zie je kijken, wie is Steve Hodge. Nou, Steve is een Engelse verdediger die de kwartfinale van het WK van 1986 heeft verloren, een van de beroemdste wedstrijden aller tijden, vanwege die handsgoal van Maradona weetjewel. Nou, ik ren op hem af, maak een dubbele schaar, passeer hem, ren op de goal af en voel opeens de noppen van Steve in mijn knieholte landen. Het deed vreselijke pijn, ik verwachtte het ook niet, het was vriendschappelijk en bovendien was er nog nooit een overtreding op me gemaakt. Ik moest er af met een brancard, en na de wedstrijd zoekt Steve me op met tranen in zijn ogen. Hij vond het verschrikkelijk. Ik heb hem natuurlijk meteen vergeven, ik ben niet wrokkig en al helemaal niet over voetbal, kan gebeuren toch, maar Steve was er kapot van. Twee weken later krijg ik een aangetekend pakketje, uit Nottingham. Ik maak het open…’

Neef Henk maakt de doos open en haalt een voetbalshirt tevoorschijn. Een voetbalshirt met verticale strepen, wit en lichtblauw, ik herken het direct. Het nationale shirt van Argentinië. Alle haren op mijn lichaam gaan recht overeind staan. Hij draait het shirt om. Nummer 10. Dit kan niet. Dit is onmogelijk. Neef Henk gaat verder.

‘Steve Hodge is eigenlijk bekend omdat hij na afloop zijn shirt heeft geruild met Maradona. Neef, dit is het shirt dat Maradona droeg toen hij met de hand van God dat doelpunt maakte, en dat niet alleen, in die wedstrijd maakte hij ook het mooiste doelpunt ooit. Die solo weetjewel?’

Ik weet het wel ja. Natuurlijk weet ik het. Ik raak het shirt voorzichtig aan. Dit is pure voetbalhistorie, dit is het meest gewilde shirt op aarde, dit is een fortuin waard, en dit trekt neef Henk hier doodleuk uit een doos? Ik ben sprakeloos. ‘Kijk, die Steve, dat is gewoon een mooie vent. Hij was zo geschrokken van zijn actie, hij wilde het goed maken. Ik heb hem meteen gebeld, hey Steve, dit hoeft toch helemaal niet, ik stuur dit shirt weer terug, maar hij wilde er niks van weten. Het was maar een shirt zei hij, het ligt hier maar op zolder, zie het als een cadeau, ik wil dat je weet dat het me spijt van die trap, ik ken je status, ik wil niet de man zijn die jou na je carrière alsnog blesseert, hou het shirt, doe er wat leuks mee, waarschijnlijk belandt het bij jou ook op zolder haha. En hij had gelijk, wat moet ik er mee? Dus heb ik besloten om het aan jou te geven. Ik weet dat je een liefhebber bent, misschien levert het je een mooi pensioen op, doe ermee wat je wil.’ Ik weiger natuurlijk, maar neef Henk staat erop. Ik heb het uiteindelijk geaccepteerd, neef Henk weiger je niet.

Nu ben ik thuis en heb ik het shirt aan. Ik kijk in de spiegel, het trekt een beetje, ik moet nodig wat kilootjes afvallen. Zometeen ga ik een potje voetballen in het park met wat vrienden, dat doen we al jaren op zondagmiddag. Ik ga het shirt aandoen en de oorsprong verzwijgen. Dat is tussen mij en neef Henk.



Meer geld

Cover Image for Algiers

Algiers

R.H.
R.H.
Cover Image for Bezit

Bezit

K.P.
K.P.